Onze website gebruikt functionele en analytische cookies. Meer informatie

Hero
Home » Verhalen » Francis

Francis, documenteert politiegeweld in Keniaanse sloppenwijken

Interview door Noah Wánebo
Foto door Daniella van Bergen

Onder de constante dreiging van arrestaties en geweld, vecht de 30-jarige Francis al meer dan 10 jaar voor mensenrechten in de sloppenwijken van Nairobi, Kenia. Hier legt hij gevallen van politiegeweld en ander politiek -, economisch – en sociaal onrecht vast.

Francis werd al op jonge leeftijd activist, nadat hij getuige was van politiegeweld in zijn gemeenschap. In de dichtbevolkte en beruchte Mathare sloppenwijk hoeft de politie weinig verantwoording af te leggen. Francis vertelt dat toen hij nog scholier was, de politie zijn dorp overviel om naar een verloren geweer te zoeken, een zoektocht die snel gewelddadig werd.

“Er waren veel wreedheden – ze sloegen, arresteerden en martelden mensen. Wij waren tieners en ons werd verteld om naar het [verloren] geweer te zoeken in de Mathare rivier,” herinnert Francis zich. “Later droegen we er dode lichamen uit.”

Na dit incident raakte Francis meer en meer betrokken bij het activisme tegen politiegeweld in zijn gemeenschap. Sindsdien documenteerde hij meer dan 200 gevallen van politiegeweld in de sloppenwijken van Nairobi. Na het verkiezingsgeweld in 2007 heeft Francis de onwettelijke politiemoorden in de sloppenwijken vastgelegd om het politiegeweld bij te kunnen houden.

“Mijn grootste doel is om de andere kant van het verhaal te laten zien”, vertelde Francis aan Justice and Peace. “De reguliere hulporganisaties hebben geen toegang tot de sloppenwijken en oppositiegebieden, omdat het moeilijk voor hen is om er binnen te komen. Zij zijn afhankelijk van secundaire informatie, terwijl wij in de gemeenschap zitten. Daarom moeten wij ervoor zorgen dat wanneer de minister van binnenlandse zaken zegt “wij hebben niemand in de sloppenwijken vermoord”, wij video’s produceren [die het tegendeel laten zien].”

De politie heeft hem meer dan 30 keer opgesloten sinds hij zijn werk begon en door doodsbedreigingen was hij gedwongen om te verhuizen. Toch zet hij zijn werk voort aan de gevaarlijke frontlinies van de mensenrechten.

Francis zegt dat zijn missie wordt aangewakkerd door het onrecht dat hij ziet in zijn gemeenschap. Hier heerst veel misdaad, werkeloosheid en armoede, terwijl toegang tot middelbaar onderwijs en basisvoorzieningen een luxe is die slechts weinigen zich kunnen veroorloven. Zijn activisme weerspiegelt de verscheidenheid aan uitdagingen in zijn gemeenschap. Naast het documenteren van politiegeweld, neemt hij deel aan demonstraties tegen voedselprijzen, ‘landjepik’ en politieke corruptie. In veel gevallen riskeert hij hiermee arrestaties en bedreigingen.

“Terwijl ik ouder word, kijk ik naar mijn vrienden, mijn leeftijdsgenoten uit Mathare. Ze ontbreken in de strijd – ze bestaan niet. Ik zeg meestal dat van de tien, er vijf zijn vermoord door de politie, er ongeveer drie in de gevangenis zitten, en er misschien twee nu overleven,” vertelde hij aan Justice and Peace.

“Ik besefte me, oké, we moeten de komende generatie in de gaten houden en ervoor zorgen dat zij niet verdwijnen, want mijn generatie is al weg. Dat is wat mij echt motiveerde.”

In April 2015, tijdens een protest tegen landjepik in zijn gemeenschap, werd hij ontvoerd en een aantal uur lang in de achterbak van een auto vastgehouden. Hierna werd hij in een gebied ver van huis achtergelaten. De hashtag #FindSakwa werd één van de grootste trending topics op Twitter, terwijl de gemeenschap naar hem zocht. Ondanks zijn bekendheid – zijn werk is beschreven op Vice News en elders – zegt hij dat hij zich niet veilig voelt.

“We hebben te maken met een staat die je dossier heeft, zo noemen we dat in Kenia,” zegt hij. “Het wordt ergens in de kast gezet en wanneer ik harder vecht, halen zij het dossier erbij.” Omdat andere activisten zijn vermoord in Kenia, merkt hij op dat “je een heel gevaarlijke oorlog vecht op gemeenschapsniveau.”

Ook benadrukt hij dat veel mensenrechtenverdedigers geen beroemde activisten zijn, en vaak ook niet werkzaam zijn bij internationale organisaties en Ngo’s. Francis zelf heeft bijvoorbeeld veel persoonlijke vrijheid en economische zekerheid op moeten geven in zijn strijd voor gelijkheid en gerechtigheid.

Veel interviewers praten nooit over de economische worsteling en het welzijn van activisten. We moeten echt vechten om onze rekeningen te betalen en onze kinderen naar school te kunnen sturen,” zegt hij. “Mensen denken dat een activist in Kenia altijd bij Amnesty or Human Rights Watch werkt, denkend dat hij een werknemer is. [Lacht]. Ik worstel met mijn zicht, mijn gezondheid, het betalen van mijn huur – dagelijks overleven. Ik ben werkeloos. Een van de vragen die [werkgevers] stellen is ‘heb je een strafzaak?’ Ik zeg vijf. Ik kan je bevestigen dat vooraanstaande activisten op gemeenschapsniveau, maar ook op nationaal niveau, dood zijn door gezondheidsproblemen – zij konden het zich niet veroorloven om naar het ziekenhuis te gaan. Ik moet je die kant van het verhaal ook vertellen.”

Toch heeft zijn werk ook successen gekend, en zijn missie stuwt hem voort. “Want voor hen, op commissie niveau, is het geoorloofd om iedereen die met stenen gooit met een kogel te beschieten. Dus dat verhaal, van mensen die de wreedheid accepteren, is één van de aspecten die mij dagelijks motiveert.”

Francis is tijdelijk opgevangen in Nederland via het Shelter City-programma. Lees hier meer over zijn verblijf.